Sinds geruime tijd gonst het van de geruchten, de analyses en de onzekerheid: Vlaanderen staat aan de vooravond van een van de grootste hervormingen van de verkeersfiscaliteit in decennia. De huidige, vaak als verouderd ervaren, belastingstructuur op de inschrijving en het bezit van een voertuig wordt de deur gewezen. In de plaats komt een systeem dat de impact van je wagen op het milieu en de infrastructuur centraal stelt.

Maar wat houdt deze verandering nu precies in? En, misschien nog belangrijker, wat betekent dit concreet voor jou als wagenbezitter, of je nu een gloednieuwe elektrische bolide koopt of je trouwe, oudere diesel koestert?

Bereid je voor op een diepgaande duik in de kern van de hervorming.


Waarom een Nieuw Fiscaal Kader? De Drijfveren Achter de Verandering

 

De bestaande Vlaamse verkeersbelastingen (de Belasting op de Inverkeerstelling – BIV, en de jaarlijkse Verkeersbelasting – VB) zijn, in hun huidige vorm, een lappendeken van historische compromissen. Ze baseren zich vaak op parameters die vandaag minder relevant zijn, zoals het motorvermogen (pk) of de cilinderinhoud.

De nood aan verandering vloeit voort uit drie cruciale hedendaagse uitdagingen:

  1. De Klimaatdoelstellingen: Om de Europese en eigen Vlaamse klimaatdoelstellingen te halen, moet het wagenpark vergroenen. De nieuwe fiscaliteit moet een sterke sturende kracht zijn, waarbij de aankoop van zero-emissievoertuigen (elektrisch en waterstof) financieel de meest aantrekkelijke optie wordt.

  2. Het Principe van de ‘Veroorzaker Betaalt’: De nieuwe filosofie mikt op een eerlijker systeem waarbij de gebruiker meer bijdraagt naarmate zijn voertuig meer ecologische en infrastructurele kosten veroorzaakt.

  3. Een Verouderde Structuur: Met de opkomst van hybride en elektrische wagens schieten de oude parameters tekort. Een belasting op basis van enkel pk’s of CO2-uitstoot is onvoldoende om de totale milieu-impact (denk aan fijnstof van bandenslijtage, en de noodzaak van zwaardere wegen door het gewicht van batterijen) te dekken.


De Kern van de Hervorming: Drie Nieuwe Spelregels

 

De nieuwe verkeersfiscaliteit zal afstappen van het louter kijken naar CO2-uitstoot bij nieuwe wagens. Het wordt een veel complexer model dat berust op de volgende fundamentele pijlers, die zowel de BIV als de jaarlijkse VB bepalen:

1. De Ecologische Component (De Hoofdfactor)

 

Dit blijft de belangrijkste factor. De belasting zal zwaar rekening houden met de emissiewaarden (CO2, NOx, fijnstof) en de brandstofsoort.

  • Zero-Emissie Voertuigen (ZEV): Elektrische en waterstofwagens zullen, in lijn met de sturende doelstelling, nog steeds sterk bevoordeeld worden, zij het niet noodzakelijk volledig vrijgesteld. Het fiscaal voordeel blijft enorm om de transitie te versnellen.

  • Plug-in Hybrides (PHEV): Voor PHEV’s wordt de berekening strenger. De overheid wil ‘valse hybrides’ tegengaan (wagens die zelden elektrisch rijden). Hun fiscale voordeel zal afhankelijk worden van de elektrische autonomie en de verhouding tussen batterij- en motorvermogen.

  • Fossiele Brandstoffen: Benzine- en dieselwagens met een hoge uitstoot worden zwaarder belast, in het bijzonder de jaarlijkse verkeersbelasting zal gevoelig stijgen naarmate de CO2-uitstoot en de euro-emissienorm ongunstiger zijn.

2. De Gewichtscomponent (De Nieuwe Factor)

 

Dit is de meest opvallende en impactvolle nieuwe factor. Moderne wagens, vooral elektrische, zijn door hun zware batterijpakketten aanzienlijk zwaarder dan hun fossiele tegenhangers. Dit heeft een direct effect op:

  • Slijtage van het Wegdek: Zwaardere wagens zorgen voor meer schade aan het wegennet.

  • Fijnstof (Non-Exhaust Emissions): Het merendeel van het fijnstof komt niet meer uit de uitlaat, maar van de slijtage van banden en remmen, wat direct gecorreleerd is aan het gewicht.

De nieuwe BIV en VB zullen een progressieve gewichtstaks bevatten. Hoe zwaarder de wagen, hoe meer je betaalt. Dit matigt het totale fiscale voordeel van zware elektrische SUV’s.

3. De Dimensie van de Wagen (De Discussiepunt)

 

Hoewel minder prominent, wordt in sommige voorstellen ook de voetafdruk (de afmetingen, de omvang van de wagen) als een factor in overweging genomen. Grotere wagens nemen meer parkeerruimte in en kunnen als minder veilig ervaren worden in stadsverkeer. Hoewel dit element nog volop in de politieke discussie zit, weerspiegelt het de intentie om de totale maatschappelijke kost van een voertuig in rekening te brengen.


Wat Betekent Dit Nu Concreet Voor Jouw Wagen?

 

De impact van deze hervorming hangt sterk af van wanneer je wagen werd ingeschreven en welk type wagen je bezit.

1. Voor Jouw Huidige Wagen (Reeds Ingeschreven)

 

Geruststelling: Het is cruciaal om te weten dat, in principe, de nieuwe regels enkel gelden voor nieuw ingeschreven voertuigen (vanaf de invoeringsdatum). Jouw huidige wagen valt onder de ‘overgangsregeling’ en blijft de verkeersbelasting betalen zoals die nu is berekend (meestal op basis van het vermogen en de CO2-uitstoot die van toepassing was bij aankoop).

Kortom: Je hoeft geen hogere jaarlijkse Verkeersbelasting te verwachten op je bestaande voertuig, tenzij de Vlaamse Regering later besluit tot een algemene indexering of verhoging van de tarieven (onafhankelijk van deze hervorming).

2. Voor Jouw Volgende Wagen (Nieuwe Inschrijving)

 

Dit is waar de impact het grootst is en waar je keuzegedrag het best wordt beloond of bestraft.

Type Wagen Impact BIV (Eenmalig) Impact Jaarlijkse VB Advies
Volledig Elektrisch (ZEV) Blijft zeer laag of (hoogste voordeel). Blijft zeer laag, maar lichte stijging op basis van het gewicht van de batterij (moderatief). De financieel meest voordelige optie op lange termijn.
Zware/Grote SUV (Fossiel) Zeer Hoge BIV. Wordt zwaar afgestraft op basis van hoge CO2-uitstoot en gewicht. Zeer Hoge VB. De jaarlijkse kosten kunnen fors oplopen. Zwaar afgeraden; duur in aankoop én bezit.
Kleine Benzine/Stadswagen Blijft redelijk laag (lage CO2, laag gewicht). Blijft aanvaardbaar (lage CO2, laag gewicht). Goede, betaalbare optie voor wie geen EV wil/kan.
Plug-in Hybride (PHEV) Stijgt. Het fiscale voordeel vermindert tenzij de elektrische autonomie zeer groot is. Stijgt. De jaarlijkse belasting zal een stuk hoger zijn dan de huidige, erg voordelige tarieven. Enkel nog interessant als je écht veel elektrisch rijdt en thuis/op het werk kan laden.

Gevolgen en Mogelijke Valstrikken

 

De hervorming is een economisch-ecologische evenwichtsoefening.

  • Het Goede Nieuws: Het systeem beloont nu eindelijk de meest milieuvriendelijke keuze (de ZEV) en de meest efficiënte (de lichte stadswagen).

  • De Valstrik voor de EV-Koper: Kopers van een dure, zware elektrische SUV zullen verrast worden. Hoewel de emissies nul zijn, zal de nieuwe gewichtstaks in de BIV en VB de totale fiscale meerkost aanzienlijk maken. Het is niet langer euro voor elke elektrische wagen, puur op basis van de uitlaatgassen.

  • De Drempel voor de Tweedehandsmarkt: De vraagprijs van oudere, zwaar vervuilende tweedehandswagens zal mogelijk dalen, omdat de koper een fors hogere jaarlijkse Verkeersbelasting zal moeten ophoesten na de overdracht. Dit kan de circulatie van oudere wagens versnellen.


Conclusie: Een Nieuwe Realiteit

 

De nieuwe verkeersbelasting in Vlaanderen is meer dan een simpele verhoging. Het is een fundamentele herziening die de aankoopbeslissing van elke Vlaming zal beïnvloeden. De boodschap is duidelijk:

Kies voor licht, kies voor schoon, en je portemonnee zal je dankbaar zijn.

Het tijdperk waarin een zware, vervuilende wagen een relatief lage kost met zich meebracht in de jaarlijkse fiscaliteit, loopt ten einde. De overheid gebruikt nu het zwaarste fiscale kanon om gedrag te sturen richting een groener, en hopelijk, lichter wagenpark.

De deadline van 2035 is een harde stop voor de verkoop van nieuwe benzine- en dieselwagens, en de transitie die het vereist is van monumentale omvang. België is goed op weg, gedreven door een ambitieus federaal en regionaal beleid en de economische impulsen vanuit de bedrijfswagenmarkt.

Maar het pad naar 100% emissievrije nieuwe mobiliteit is bezaaid met uitdagingen: de snelheid van de laadinfrastructuuruitrol, de stabiliteit van het elektriciteitsnet en de sociale kosten van de industriële transformatie. Met minder dan tien jaar te gaan, heeft België de uitdaging aangenomen: niet alleen om aan de Europese vereisten te voldoen, maar om een leider te worden in de groene mobiliteit van morgen. De komende jaren zullen bepalen of de ‘Grote Versnelling’ van België een soepele rit wordt, of een hobbelige snelweg.